Giant centaur GIRL, studioview: work in progress for de Beeldengalerij.nl Haarlem, NL
“IT IS THE SPECTATOR, NOT LIFE, THAT ART REALLY MIRRORS.” OSCAR WILDE , THE PICTURE OF DORIAN GRAY
Marieke Bolhuis (born1962, Hilversum, NL) lives and works in Amsterdam
Education:
1980 – 1981 Rijksacademie voor Beeldende Kunst, Amsterdam NL
1982 – 1984 A.K.I., Enschede, gratuated NL
Artist Statement
I am not a conceptual artist. I work intuitively, nourished by and travelling through the world around me, looking for emotions, psychic states, and that translates into visual images and awareness. The interpretation, the dissection, the seeing of the consistent thread running through my work happens afterwards. It is a constant interaction between doing, making, looking, thinking, acting. This is why I have to make everything myself; there are so many decisions to be made during the creative process.
Selected Solo Exhibitions
2024 NQGallery, Antwerp, BE
SHE is GIANT, Singer Museum, Laren, NL
2019 Art Chapel, Amsterdam, NL
2010 The Expedition, Matsuo Megumi+Voice gallery, (cat.) Kyoto, JP
2006 Hirado, Solo Prints, Nagasaki, JP
1998 Shoppingbag Horses, Installation, Oerol Festival, Terschelling, NL
1996 T’s een groen groen groen knollen knollenland, Stedelijk Museum, Zwolle, NL
1994 Galery de Expeditie, Amsterdam
1993 Parachute for a Drop-out, Installation, Atelier Memoire, Paris
1992 Tree x Three, Installation, ABN_AMRObank, Rembrandtsplein, Amsterdam
1991 The Garden of Atlantis, Installation, oud- Amelisweerd, Bunnik, NL
1990 Het verlangen moet groot zijn, Installation, W139, Amsterdam
Pebbles on the Beach, W139 (cat.), Amsterdam
Selected Group Exhibitions
2024 ArtRotterdam, Fair, Rotterdam NL
2023 ArtRotterdam, Fair, Rotterdam, NL
Voorhout Monumentaal, Den Haag, NL
NQGallery, Antwerpen BE
Anningahof, Zwolle, NL
22a Gallery, Veltem-Beisem, BE
2022 Lustwarande, Tilburg, NL
To bodily go, curator Sasa Bogojev, Superzoom gallery, off Miami Basel, USA
GIANT Centaur GIRL, Beeldengallerij, Haarlemmerhout, Haarlem NL
Anningahof, Zwolle, NL
H(a)l in Frank Taal gallery, Rotterdam, NL
2021 ArtZuid, Amsterdam
Niemand is een Eiland, IJsberg, Damme, BE
Anningahof, Zwolle, NL
Testcase, EKWC, Oisterhout, NL
2020 MOA, Museum Oud Amelisweerd (koningszaal), Bunnik, NL
2019 Watou Arts Festival (cat.), Watou, BE
Kunstenfestival Damme (cat.), BE
Big Art, Hem, Zaandam, NL
Artphy, Onstwedde, NL
Loods 6, Amsterdam
2018 Big Art, Bijlmer Bajes, Amsterdam
Moments of Trust, Hotel Solo, TentHaus Oslo, Club Solo, Breda, NL
2017 Groupe Global 3000, Berlin
Biennial H3H, Kunst in de Heilige Driehoek, Oosterhout, NL
2016 Art Amsterdam
2015 NO Walls, Art Rotterdam, NL
2011 Los Angeles Art Association, with C.A.R, Los Angeles
Het is aan, Nieuw Dakota, Amsterdam
C.A.R. Contemporary Art Ruhr, Essen, DE
2010 PAN, Amsterdam
2009 Europe Now, Seyhoun Gallery, West Hollywood, Los Angeles
2008 Anchor Graphics and [C]Space at Columbia College, Chicago
Art Rotterdam, Frederieke Taylor Gallery, New York
Art Amsterdam, PARC-Editions, NL
Peace Museum, Nagasaki
Gallery Art Studio G++, Nagasaki
It’s Not Easy, Exit Art (Chelsea), New York
New Prints 2008, Autumn, IPCNY, New York
Night of 1000 Drawings, Artists Space, New York
2007 Autumn 2007, International Print Center, IPCNY, New York
Cumulus, (guest curator) NP40 Artists’ Space, Amsterdam
2006 Kunst RAI, PARC-Editions, Amsterdam
2004 Vloedmerk, installation (cat.), Heemskerk, NL
Kunstvlaai, (c-prints), Amsterdam
2002 SOLD (cat.), Christies Amsterdam
2001 Polderlicht (cat.), Amsterdam
1999 Ho Horse, Sleep Well, installation on the beach, Oerol, Terschelling, NL
1997 Galerie Metis, Amsterdam
Room for Space, Vishal, Haarlem, NL
1996 Untitled, Installation for a Hotel Room, Pulitzer Hotel, Amsterdam
The Dutch Connection, Marshall Arts, Memphis, TN, USA
1994 De prominentenkeuze, Kruithuis, Den Bosch, NL
1993 Auto Design, Kunsthal, Rotterdam
1988 Man Ray Passed Twice (super-8 film) (cat.), W139, Amsterdam
A.V.E. festival, Hooghuis, Arnhem, NL
1985 Stipendia 1984 (cat.), The Hague, NL
Residencies
2020 European Ceramic Work Centre (Sundaymorning@ekwc), Oisterwijk, NL
2017 OLV Abbey, Oosterhout, NL
2006 Hirado, JP
Grants
2024 Mondriaanfonds, Amsterdam
2023 AFK, ontwikkelbudget, Amsterdam
2022 Cultuurfonds, Keramiekfonds, Amsterdam
2021 Mondriaan Fund, Amsterdam
2020 Mondriaan Fund, Amsterdam
2017 Mondriaan Fund, Van der Leeuw Stichting
2016 Voor de kunst, 120% https://www.voordekunst.nl/projecten/4055-broken-safety
2013 Amsterdam Fund for the Arts, Amsterdam
2010 Dutch Embassy, Osaka, JP
2005 Peter Paul Peterich Fonds, NL, Prins Bernard Cultuurfonds, NL
2003 Fonds BKVB, NL
2000 Mondriaan Fund, Amsterdam
1998 Mondriaan Fund, Amsterdam
1997 Fonds BKVB, NL
1990-1995 City of Amsterdam
1996, 1984, 1985 Netherlands Royal Grant, NL
1992 Dutch Ministry of Education, Culture and Science
1985 Fonds BKVB, NL
Selection Lectures etc.
2021 Artist Talk ARTZUID, Amsterdam
2014-2016 External exam advisor Academie voor Beeldende vorming, Amsterdam
2014 Jury member, summer exhibition Gemeente Museum Den Haag, The Hague
2010 Guest lecturer, Academie voor beeldende vorming, AHK, Amsterdam
2009 Artist talk ‘Kunstenaars over de grens’, Trans Artists for KIEM Amsterdam
2008 Artist talk, IPCNY Chelsea, New York
2007 Guest lecturer, Academie voor beeldende vorming, AHK, Amsterdam
2006 Guest lecture, Hirado, Nagasaki, JP
2001-2007 Advisory group member, Amsterdams Grafisch Atelier, Amsterdam
1994-1998 Committee for Visual Art Policy, Amsterdamse Kunstraad, Amsterdam
1994-1996 Committee for Visual Art, Province of North Holland
1992 External advisor for the Royal Academy, The Hague
1991-1994 Board chair, W139, Amsterdam
1990 Guest lecture, Rietveld Academy, Amsterdam
Selection Bibliography
2023 Walter van Teeffelen http://marbellamarbella.es/2023-09-07/world-fine-art-professionals-and-their-key-pieces-431-marieke-bolhuis/
2022 teja van hoften, Gedaantewisselingen, KLEI ceramic magazine
2021 Tine van de Weyer, Doorgaan doorgaan dóórgaan, Beelden magazine
2018 Alex de Vries, Beeld als beginsel, mr. Motley
http://www.mistermotley.nl/art-everyday-life/atelierbezoek-marieke-bolhuis
2011 Esther Darley, Eigenhuis en Interieur, april
2008 Katja Rodenburg HUMAN zomernummer
6-4-2007 Angela van der Elst, de groene Amsterdammer
2000 Ine Poppe, http://www.nrc.nl/nieuws/2000/08/11/flessen-moeten-kunnen-zinken-7505697-a75421
Televisie/web Interviews
2021 Anningahof, interview at 8:24 and 21:50 Spunck, TVOost, NL
https://www.rtvoost.nl/…/1098/SPUNCK/aflevering/590971
2019 Document Extended studio Art Chapel, by Stijn van Santen
https://www.youtube.com/watch?v=PhM_NhaGptch
2016 Torenkamer, Opium op 4, AIR
http://www.radio4.nl/zoeken/marieke%20bolhuis/fragmenten
2013 de Hoeksteen, Salto TV, NL
http://www.youtube.com/watch?v=etyhscObm4k#t=22
2008 Volkskrant Interview en film
http://origin.magstream.com/m/magstream/volkskrant/noordzee/
2008 interview Nagasaki-TV, Japan
2000 Over paarlen en zeeschuim, oerolfestival, VARA, NL
https://www.youtube.com/watch?time_continue=1&v=SECvq30tHpk
1999 Ho horse sleep well, TVFriesland, NL
https://www.youtube.com/watch?time_continue=2&v=napbOne3924
1991 &1992 Opium TV, AVRO, NL
https://www.youtube.com/watch?time_continue=3&v=R2KisWEb8hk
1990 Studio Rembrandt, RTL, NL
Selectie collections
2023 SMART art collection
2004, 06, 08, 09 Ministery of Foreign Affair
1994, 2001, 02 Akzo-Nobel foundation
2009, 2013 TU Eindhoven
1992, 1999, 2003 AbnAmro collection,
2006 Amersfoortseverzekering collectie
2006 Heden, Den Haag
2006, 07 Link Art Compagny
2012 Rabobank
2008 Shell, Amsterdam
1995 UMC Utrecht
Biography
Marieke Bolhuis [1962 Hilversum, NL] She graduatedfrom the school of Art and Industrial Design in Enschede in 1984 and studied at the Rijksacademie Amsterdam. Participated in numerous solo and group shows since 1984
She has made her first installation in 1990 for Artist Space W139 in Amsterdam.
In the following years many different installations where purposely built for specific sites in The Netherlands, France, Germany, Japan, Belgium. She traveled to Iran [for Mesopotamia] Iceland, Japan, Tenerife, Lanzarote, Jordan, Japan and Turkey for the series about traces of men at the landscape.
Her work is included in many private andcorporate collections as well as on display at the ministry of foreign affairs in the Netherlands.
.
Marieke Bolhuis, Gedaantewisselingen door teja van hoften voor KLEI keramiek magazine 2022
De installaties van Marieke Bolhuis (1962) bestaan vaak uit groepen beelden, gecombineerd met stroken aluminium spiegels waarop details van dezelfde beelden geprint zijn. Soms zijn de prints delen van kleine beeldjes die tot monumentale proporties zijn opgeblazen, waardoor je heel dicht op de huid komt. Ook jouw weerspiegeling trekt je het beeld in. Op eenzelfde manier als de romantici een grootse wereld schilderden met op de voorgrond een op de rug geziene figuur die je over zijn schouder laat meekijken, wordt je als toeschouwer het beeld ingezogen en onderdeel van het werk. Een spiegel kan eigenlijk nooit helemaal plat zijn, heeft altijd een bepaalde ruimtelijkheid en veranderlijkheid, om wat hij spiegelt. En zo wordt er een voortdurend spannend spel gevoerd tussen twee- en driedimensionaliteit.
Marieke leeft met haar beelden, speelt met ze en verandert ze alsmaar weer. Ze gedragen zich in elke opstelling anders, nemen telkens andere vormen aan. Dit gebeurt niet alleen in haar atelier, maar soms ook tijdens een tentoonstelling zoals in The extended Studio – Art Chapel Amsterdam 2019. Die voortdurende gedaantewisselingen duiden op een voortgaande evolutie. Het beeld is slechts een tijdelijk moment binnen een continu veranderingsproces. Het één komt voort uit het ander, maar alle beelden behoren duidelijk tot dezelfde familie. Het zijn verwante, maar unieke verschijningsvormen uit eenzelfde bron.
Op zoek naar bepaalde voorwerpen of materialen struint Marieke Bolhuis niet het internet af, noch winkels, maar ze vindt alles in haar directe omgeving. En later, als een beeld van een tentoonstelling is thuisgekomen, is die momentopname weer voorbij en gaat het leven verder, van haarzelf zowel als van het beeld. Als het dan kouder wordt, gaat de winterjas weer gewoon aan en als de vloer moet worden gedweild, wordt het hoofd van het meisje in Grosse Geister and the girl (de mop) geleend. Zo ook haalde ze haar eigen kleerkast leeg om het altaar van de ziekenhuiskapel (Stadsfestival Damme 2019) te overstromen met een lava aan kleur, huid en structuur waarin 24 niets-ziende figuren staan, die het altaarstuk in barokke dramatiek voortzetten. Ook doet die waterval aan kleding me denken aan een kleurig druipend glazuur. Het verbaast me niet, dat ze uiteindelijk bij de klei is uitgekomen. Zo doen haar meer dan mensgrote monumentale Sisters 2,4 m., zo keramisch aan. In werkelijkheid zijn ze opgebouwd uit grote blokken piepschuim, die ze met een gloeidraad modelleert, waarover een laag polyester en botenlak. Maar mijn ogen zien pure keramiek in de organische, fysieke, bijna noeste opbouw en de gelaagdheid van de huid, het kleur over kleur en alle gradaties in glans. Alleen aanraking, klank en gewicht verraden, dat het niet zo is.
maatschappelijke betrokkenheid
Ondanks dat haar werk heel erg met haar eigen leven verweven is en ze er energie en troost uit put, is het geen egodocument in de zin van een selfie of dagboek, maar getuigen haar beelden van grote maatschappelijke betrokkenheid. Waar ze zich eerder vooral druk maakte om de sporen van (helaas negatief) menselijk gedrag op de aarde zoals milieuvervuiling en klimaatopwarming, is het nu vooral de mens zelf in al zijn diversiteit en met al zijn tegenstrijdigheden, waar ze zich mee bezighoudt. Het zijn psychologische portretten van onmacht en verlangen. Het werk Loaded, we carry – 2020 torst haar hele binnenste op haar rug. Meestal hebben haar beelden geen armen of zijn het door de schoudergaten gestoken slappe stukken textiel die er machteloos uit neerhangen. Ook zijn de beelden vaak blind, het hoofd in doeken gehuld. De lijven zelf lijken van geologische oorsprong, uit vulkanisme voortgekomen. Daarmee benadrukt Marieke die verbondenheid van de mens met en de afhankelijkheid van de aarde. Van daaruit ontstond ook haar behoefte die mens uit aarde, dus van klei, te maken.
Haar opleiding is een kronkelige weg gegaan, waarbij ze altijd uitging van eigen noodzaak, een jaar rijksacademie in Amsterdam, dan drie maanden de Willem de Kooning academie in Rotterdam bij Klaas Gubbels en uiteindelijk naar de Aki in Enschede waar ze in Renier Lucassen en Alphons Freymouth (1982 – 1984) de leraren vond, die haar bij haar zoektocht konden helpen. In voorbereiding op haar werkperiode bij het ekwc in 2021 heeft Marieke Bolhuis bij Keramikos een aantal cursussen gevolgd en vooral van haar medecursisten veel geleerd over de aanpak van de voor haar nog vrij onbekende keramische technieken.
De schappen van het grote rek in haar atelier aan huis worden bevolkt door een enorm uitgebreide familie keramische figuren van ongeveer dezelfde grootte, die ze in het ekwc maakte. Ze werkte daar voornamelijk met porselein, maar gebruikte alle mogelijke opbouw- en decoratie technieken zoals in mallen gieten of met behulp van ringen of lapjes opbouwen. Bijna altijd met een complexe, kleurrijke huid door vooraf pigmenten door de klei te mengen, gebruik te maken van engobes en glazuren, laag over laag, kleur over kleur. Soms doet het leerachtig mat aan, dan weer glanzend, gebarsten of druipend. Nog steeds gebruikt ze ook in haar keramische werk andere materialen zoals draden en epoxyklei om delen aan elkaar te verbinden of het door de oven swingend vervormde beeld te stabiliseren. Het porselein bepaalt de maat en is niet alleen letterlijk kleiner, maar ook in de zin van dichter bij haarzelf, meer verweven met haar persoonlijke leven, een momentopname in haar eigen bestaan. De eerdere grote werken zijn meer archetypes, een soort van oer en ook de thematiek is vaak groter, veelomvattender. Bij de foto op de kaft van haar pas uitgegeven boek Marieke Bolhuis work 2012-2021 waar drie grote figuren voor transport (ARTZUID Amsterdam 2021) aan de wand van een vrachtauto zijn gebonden, krijg ik, hoewel ik weet dat zij dit niet zo bedoeld heeft, associaties met illegale mensenhandel en vluchtelingenstromen. Ondanks het over het algemeen zwaar ogend, ruige uiterlijk van veel van haar werk wordt het, vooral in combinatie met de ontnuchterende titels, juist vaak heel lichtvoetig en humoristisch zoals Not Bambi, it’s about balance 2018 of Atlas was a woman and the world square 2018. Hoewel in dit laatstgenoemde beeld natuurlijk ook een feministische boodschap schuilt, net als bij het monumentale ruiterbeeld in wording, dat de ruimte (120m2 ) domineert van haar tijdelijk atelier in een antikraakpand in Almere, waar ze haar grote werk opslaat en ontwikkelt. In opdracht van de Beeldengalerij werkt ze aan haar Giant Pony Girl, die in de zomer van 2022 in de Haarlemmerhout geplaatst wordt voor een periode van 3 jaar, een meisjescentaur met een lekker zwaar ponylijf als tegenhanger van alle macho ruiterstandbeelden. De piepschuimbasisvorm, waarvan de verschillende onderdelen nu nog met satéprikkers op hun plaats gehouden worden, wordt straks door de fabriek van een vloeibare polyesterlaag voorzien die het sterk en weersbestendig maakt. Na de bewerking met DD-lak krijgt het haar persoonlijke toets en handschrift en wordt het pas echt een Marieke Bolhuis.
werkproces
Marieke werkt meer vanuit een gevoel dan een idee. Het rijpt in haar hoofd tot de noodzaak aan het werk te gaan te sterk wordt. Haar werkwijze is onderzoekend, ontdekkend, vanuit nieuwsgierigheid. Het is een al makende manier van denken, dat de vorm bepaalt. Dit werkproces van voortdurend zoeken en intuïtieve keuzes maken is uit de beelden af te lezen en geven ze een geschiedenis en enorme gelaagdheid. Dit is voor haar belangrijker dan een definitief resultaat. Zo zal haar werk, zolang ze zelf bestaat, soms tijdelijk in ruststand maar eigenlijk nooit helemaal af zijn, altijd in wording.
https://beeldenmagazine.com/ , Tine van de Weyer, 2021
Het ambacht
Doorgaan, doorgaan, dóórgaan.
‘Narcissus heb ik omgedraaid’, zegt Marieke Bolhuis gedecideerd als Hib Anninga, eigenaar van beeldentuin Anningahof, even bij haar en zijn bezoek op het terras komt staan. In de loop van het gesprek die middag zal blijken dat deze verandering van positie van het in brons gegoten sculptuur dat op een lage sokkel in de Aaltje Snijdershal van de Anningahof staat geen toevallig incident is, maar een wezenlijk kenmerk van de werkhouding van Marieke Bolhuis. Niet uit onzekerheid maar uit lust naar avontuur, naar de dynamiek van de verkenning, transformeert ze voortdurend het onderhanden werk. Het maken is een organisch proces waarbij alles mogelijk is en waarbij voortdurend een bedachtzaam en bezield spel met de nog ongekende vormen wordt gespeeld.
Een allergie voor olieverf noodzaakte Marieke Bolhuis (1962) te stoppen met schilderen. Daardoor is ze als beeldhouwer enigszins een laatbloeier. Na een jaar aan de ( toen nog klassieke) Rijksacademie te hebben gestudeerd verbleef ze een blauwe maandag aan de Willem de Kooningacademie waar Klaas Gubbels haar favoriete gesprekspartner werd. Nadat ze een tentoonstelling zag van Reinier Lucassen die als docent aan de AKI was verbonden nam ze prompt het besluit naar deze kunstacademie in het verre Enschede te gaan. Naast Lucassen stonden docenten als Alphons Freymuth en Jan Roeland haar bij. Bolhuis: “Het waren gouden jaren. Ik ontdekte mezelf als kunstenaar en heb me volledig laten onderdompelen met inzichten die mijn kunstenaarschap krachtig en duurzaam zouden voeden.”
Zoektocht
In de loop der jaren ontwikkelde Bolhuis een zeldzaam onderzoekende houding en de queeste om vertalingen van emoties te vinden in beelden wakkerde haar honger naar een evocatieve en expressieve rauwe beeldtaal aan. Op Terschelling – waar ze als kind de zomers vaak doorbracht – werkte ze in de natuur waarbij ze tijdens enkele edities van Oerol spelenderwijs een paar grote installaties realiseerde.
“Mijn beelden zijn niet statisch maar groeien als in een organisch proces onder mijn handen. Zoals ikzelf maar ook heel de natuur voortdurend evolueert veranderen ook mijn beelden en installaties.”
In dit fluïde werkproces zijn beelden de avonturen van de geest, van de handeling. Arme materialen, stro, hooi, wilgentakken, cement, gips, klei, bitumen, metalen, afgedragen kleding vormen in steeds wisselende samenstelling de ingrediënten. In Once… (Sapiens), de ruimte vullende installatie in het intieme paviljoen in de Anningahof staat een nogal plomp meisje met rood capuchonvestje en zwabbergezicht dat eerder in kunstfestival van Watou (B) opdook naast een stoel met een bovenlijf en een paardenkop van tempex met leren riem en leidsels van touw als manen. Het kleine gezelschap staat oog in oog met een wandvullende serie gehalveerde op spiegelaluminium geprinte beelden die eerdere stadia van het beeld in de ruimte laten zien. Ze vormen een archief van het beeld waarin de toeschouwer zichzelf ziet opgenomen en tijdelijk onderdeel van het werk van het werk wordt. MB: “Ik wil voortdurend doorgaan in het werk waar ik mee bezig ben, doorgaan en nog eens doorgaan en zo op een organische manier groeienderwijs nieuwe beelden ontdekken.
Ontdekking van keramiek
Het interview had over klei moeten gaan. Deze rubriek heet niet voor niets Het ambacht. De enorme veelzijdigheid van het werk van Marieke Bolhuis maakt echter dat klei als materie een iets te smalle richel vormt. Klei vormt sinds haar recente werkperiode in het Europees Keramisch Werkcentrum (EKWC) in Oisterwijk weliswaar een nieuwe loot aan haar veelzijdige stam maar is als materiaal toch vooral schatplichtig aan de veel complexere materie waar zij als kunstenaar mee werkt: de aarde, de mensheid, de mythologie, de natuur, de reizen en vooral de verwondering vormen de ingrediënten waar ze als een ambachtsvrouw pur sang eindeloos nieuwe mogelijkheden in ontdekt.
”Dat mijn beelden van mensfiguren haaks staan op welk schoonheidsideaal dan ook is voor mij van belang. Het zijn vervormde wezens, plompverloren, eerder bruusk en op het groteske af. Ze zijn wars van enige vorm van koketterie.”Als voorbeeld noemt ze het schilderij De intocht van Christus in Brussel van James Ensor. In dit schilderij rekent Ensor af met de vigerende schoonheidsconventies. Ooit Ensor achterna is haar doel, een intocht met honderden figuren. Waar ze voortdurend in zal veranderen. Een kunstwerk dat leeft. Want dat is haar gegeven: leven.
.
Mister Motley ATELIERBEZOEK: MARIEKE BOLHUIS 23 APR 2018 ALEX DE VRIES
Beeld als beginsel
Voor de 1e Biënnale Kunst in de Heilige driehoek die van 16 september t/m 22 oktober 2017 in Oosterhout werd georganiseerd was Marieke Bolhuis (1962) artist-in-residence in de Onze Lieve Vrouwe Abij. In dit klooster van zusters Benedictinessen werkte ze, op voordracht van curator Guus van den Hout, bijna twee maanden aan beelden en foto’s. Marieke Bolhuis is opgeleid als schilder aan de AKI in Enschede met docenten als Lucassen, Alphons Freijmuth en Jan Roeland. Ze ontwikkelde een veelzijdige praktijk waarbij schilderkunst, sculptuur, fotografie en installaties een organisch groeiende beeldtaal laten zien. Haar werk is steeds opnieuw een ontstaansgeschiedenis met een voorlopige uitkomst. Ieder beeld dat ze maakt kan daarin op den duur een andere gedaante aannemen en van karakter veranderen.
POP, 130x80x50 cm, spoelen met katoen, gips acrylhars glasvezel , 2017
Vlak na haar residentie in het klooster liep Marieke Bolhuis in het Europees Keramisch Werk Centrum, waar ze presentaties van bevriende kunstenaars bezocht, hard tegen een glazen deur aan. Ze liep een zware hersenschudding op die haar maanden het werken onmogelijk maakte. Na de werkperiode in Oosterhout waarin ze zich had bezonnen op de betekenis van haar werk en de doorontwikkeling ervan, zette ze die retraite nog een aantal maanden gedwongen voort in haar eigen atelier. Ze kon alleen draadjes die ze van de zuster had gekregen om de kleine sculpturen uit haar idolen-reeks wikkelen die daarmee kleur kreeg.
Just a day, installatie in het atelier 2018
Marieke Bolhuis maakt niet de indruk een kunstenaar te zijn die erg ‘in haar hoofd zit’, maar het tegendeel is waar. Haar werk is wat materie betreft basaal en veelzijdig: gips, verf, stro, glas, metaal, takken, textiel enzovoort. Het is bij haar een en al substantie, maar wel als beginsel of ondergrond voor wat transsubstantiatie heet. De verschijningsvorm van de gebruikte materie verandert van betekenis door de intentie waarmee het beeld tot stand wordt gebracht. Een mooi beeld in dit verband is de foto van haar benen die ze maakte in een cenote in Yucatan: een ondergrondse groene poel die haar in het water gestoken benen een witte weerschijn geven alsof ze met gips zijn bestreken. Je ziet hoe ze een beeld wordt. Ze begon haar sculpturale werk tijdens een werkperiode in Almen door een aantal beelden uit gips en stro te maken, nogal ruwweg met de hand geboetseerd en als evenbeeld van zichzelf. Door haar meer dan gemiddelde lengte ontstond daardoor meteen een groot beeld van een gedaante die ze naar believen invulling kon geven. Dat evenbeeld droeg een gordel van figuurtjes, mannetjes die elkaar vasthoudend een ceintuur om haar middel vormden. Vanuit die werkwijze ontstonden tal van beelden die verwijzen naar Bijbelse verhalen, mythologie, sprookjes, orale verteltradities, historische overlevering, etnische referenties en autobiografische ervaringen. De basisfiguren van haar beelden heeft ze de typering ‘Idool’ gegeven, steeds met een lettertoevoeging om hun karakters te onderscheiden. Ze krijgen in de wereld van Marieke Bolhuis in grotere en kleinere gestalten uitwerkingen als Eva, Sneeuwwitje, Roodkapje, Ophelia, Leda, Flora, Justitia, Narcissus, Bacchus, Icarus en Lucifer. De kleinere beeldjes zijn er zoals de zeven dwergen er voor Sneeuwwitje zijn. Haar mannetjes van gebroken glas zetten haar in het licht.
Het zijn geen statische beelden. Ze worden continu bewerkt en van nieuwe elementen voorzien, doorgezaagd, opnieuw samengesteld, beschilderd, met attributen uitgebreid, buiten gezet, in het water gelegd, met algen begroeid enzovoort. Al die stadia van ieder beeld worden gefotografeerd waardoor een scheppingsverhaal te volgen is.
Idol BOB, 70x120x50cm, 2012-2017
In de Onze Lieve Vrouwe Abdij te Oosterhout kreeg ze van de zusters Benedictinessen allerlei restmateriaal uit hun restauratieateliers voor gobelins, handschriften en iconen. Vooral de grote hoeveelheden zijde die ze kreeg, heeft ze gebruikt om haar beelden van uiterlijk te veranderen. Ze gaven haar ook een aantal lege theeblikken, grijs van buiten, goudkleurig van binnen. Die gebruikte ze om meegebrachte beelden knielend te installeren, te fotograferen en op spiegels te printen. Het gedisciplineerde kloosterleven van ‘ora et labora’ (bid en werk) hield in dat Marieke Bolhuis vruchtbare werkdagen had door dit stramien te volgen en tussen het werken door bij het zingen van de getijden aanwezig te zijn. De zusters dragen zwarte habijten met een neerhangende leren riem om hun middel. Novices hebben nog een witte sluier. Na de plechtige professie als ze definitief als zuster intreden krijgen ze een zwarte sluier. Het was voor de 21 zusters een uitzonderlijke situatie dat Marieke Bolhuis als kunstenaar in het klooster werkte, omdat ze een zeer besloten gemeenschap vormen waar anderen geen toegang hebben. Hoe dan ook vormde haar aanwezigheid daar een inbreuk op. Gedeelten van het klooster bleven dan ook gesloten, hoewel ze soms onder begeleiding even werd toegelaten. Hetzelfde gold voor de besloten kloostertuin waar ze wel een aantal beelden plaatste om ze te fotograferen en op spiegels te laten afdrukken. Die spiegelbeelden maken een heldere indruk, maar verbergen tegelijkertijd gedeelten van het beeld die je dan door het spiegelbeeld van jezelf heen toch kunt zien opdoemen.
Ieder beeld van Marieke Bolhuis is een herneming van wie zij zelf is. Het zijn uitingen van en oefeningen in handhaving. Ze laat haar beelden zien in permanente tuimelingen van mogelijke zienswijzen. Ze presenteert delen van haar tweedimensionale werk afwisselend horizontaal en verticaal om een meervoudige blik te veroorzaken. Wat vaststaat wordt door haar bevraagd. Een vaste plek voor haar of de kunst is er in haar optiek niet. Ze zal steeds opnieuw een positie kiezen. Ze typeert die manier van werken met de uitspraak ‘het is begonnen en het houdt niet op’. Je zou eraan kunnen toevoegen dat aan ieder begin ook altijd nog iets voorafgaat. Iedere chronologie in haar werk doorbreekt ze door alles wat ze heeft gemaakt te hernemen in een voortdurende bewerking. Geen beeld blijft hetzelfde.
serie Blow-up, nr 3 en 4 print op spiegelplaat 27x40cm, 2017
De aard van haar werk hangt samen met haar persoonlijke geschiedenis en met de reizen die ze heeft gemaakt naar alle delen van de wereld: Oezbekistan, Iran, Mexico, Japan, de Verenigde Staten, Jordanië, Egypte, IJsland. De fascinatie voor de ontstaansgeschiedenis van de aarde die nog goed waarneembaar is op de breukvlakken van de tektonische platen en vulkanische gebieden zie je direct in haar werk terug. Dat alles voorbij gaat is onontkoombaar, maar het gaat erom hoe je je in dat voorbijgaande manifesteert, dat je het leven omarmt.
Met haar beelden heeft Marieke Bolhuis een familie aan beelden om zich heen gemaakt. Als ze die familie in haar atelier uitstalt, zie je een bloedlijn lopen tussen ieder afzonderlijk beeld. Ze zijn allemaal met elkaar verbonden. Ze bewegen om elkaar heen. Ze gloeien en geven licht. Ze gaan teloor en verrijzen.–←
–
In de blik gevangen – Een essay bij The Watchman II van Marieke Bolhuis
Geplaatst op 5 oktober 2016 door Katja Rodenburg
www.antheiablossoms.wordpress.com
‘The Watchman’ (2016) markeert een nieuw stadium in de ontwikkeling van de kunstenaar Marieke Bolhuis. Haar kunstwerken laten zien hoe zij de werkelijkheid onderzoekt en hoe zij vervolgens ingrijpt. Het is een weerslag van het proces waarin zij de wereld verandert en ombuigt naar haar eigen perspectief. In dit werk komen verschillende media die ze de laatste jaren hanteert samen in een beeld terecht. Een eigen en onderscheidende combinatie van materialen die samen blijven werken en schuren aan de oppervlakte.
Het werk staat in de traditie van de helder oplichtende lijn die te ontdekken is in haar oeuvre. Zij beproeft de laatste jaren verschillende manieren om aan de relatief gladde aluminium plaat een driedimensionale en voelbare structuur te geven. In ‘The Watchman’ kijken we mee met een figuur die in zijn helderwitte glanzende uitvoering een sterk contrast vormt met het tafereel. De positie die hij in het beeld inneemt is zodanig dat we wel met mee moeten kijken.
Hij domineert vasthoudend onze blikrichting. Dat is zijn taak. Wanneer wij liggen te slapen is hij het die wakker blijft. De wachter loopt door stad en landschap en speurt naar gevaar. Maar hij is ook eenzaam. Iemand die kijkt, maar wat hij ziet niet kan delen. Hij die de wacht houdt is een buitenstaander van beroep. De bewaker op dit beeld is echter nog meer. Hij is transparant en zijn witte skelet verraadt dat hij altijd al niet bij ons hoorde…of wel?
The watchman, 80x120cm, print, paint, raisin on alu, 2016-18
Ongemakkelijk volgen we zijn blik en we ontdekken een andere figuur. Het is het beeld van de reiziger die te paard door de wereld trekt. Die onverschrokken zich een weg baant in de natuur en zich onbespied waant. Wij zien dat het hier anders is. Hier wordt hij gezien. Er is iets in het beeld dat ons laat denken dat dit ‘gezien worden’ gevaarlijk is.
Want we kijken naar de kwetsbare rug van de ruiter. Waar kijkt de ‘Watchman’ naar? Hij laat niet los. De reiziger beweegt zich in een sprookjesachtige wereld waarin het rood voor contrasten zorgt en de lichte turquoise tint voor een doel en een perspectief. Nog is alles in orde. Nog gaat de reis verder.
‘The Watchman’ werkt als beeld omdat we de waker op de rug zien. En hij kijkt op zijn beurt naar de zich verder weg bewegende gestalten. Wanneer we voor het kunstwerk staan en het bekijken nemen we zelf zijn positie als Waker in. De blik naar binnen wordt weerkaatst naar buiten. En de blik van weer iemand anders zal vallen op onze rug wanneer we het werk bekijken. We kijken en worden in de gaten gehouden. Alleen, de waker wint altijd. Hij is al doorzichtig geworden en leeft voor altijd daar. Het kijken naar ‘The Watchman’ vertelt ons over wat wij niet in de hand hebben. Een kwetsbaar perspectief dat de wachter al lange tijd geleden heeft gevonden en ervaren.
Over de auteurKatja Rodenburg is filosoof, adviseur en tentoonstellingen-curator.
Eerder verschenen er teksten over het werk en de ruimtelijke installatie ‘Broken Safety’, gemaakt voor de Rotterdam Art Fair (2016) en ‘Falling Man, a Journey’, voor de presentatie in Contemporary Art Ruhr in Essen (D) (2011) en ‘Camera Lucida’, in het tijdschrift Human (2008)
Productie Rob Jansen Fotografie James Stokes (atelier) Tekst Esther Darley
Artikel April nr “Eigenhuis en Interieur”, 11 pagina’s, Atelier; 2011
Breuklijnen, hotspots en tektonische platen, het zijn de zwakke plekken in de aardkorst die Marieke Bolhuis fascineren en inspireren. Als ze op dreef is praat ze erover als een volleerd geoloog. Maar in haar atelier, een tuinhuis midden op een tuincomplex bij Driemond, onder de rook van Amsterdam, lijken deze gevarenzones ver weg. “Mijn atelier is een denkplek. Hier bekijk ik mijn werk. Dat kost tenslotte het meeste tijd.”
Bolhuis (Hilversum, 1962) vond de plek tien jaar geleden toen ze er langs reed op haar paard. “Er lagen overal funderingsplaten in de modder. Hier gaat gebouwd worden dacht ik. Ik ben er meteen op afgestapt.” Ze had al wel een atelier, midden in de stad, maar ze had behoefte aan een eigen ruimte. En aan rust. Die heeft ze hier zeker gevonden. De ramen bieden uitzicht op water en een winterse tuin. Binnen brandt de oliekachel en bekijkt Bolhuis vanuit haar luie stoel haar werk aan de muur: foto’s van uitgestrekte landschappen die bij de tweede blik een vreemd en verontrustend karakter hebben.
“Een fascinatie voor het landschap heb ik altijd al gehad” zegt Bolhuis. “Toen ik nog schilderde was dat terug te zien in mijn doeken. Maar ook als kind voelde ik die aantrekkingskracht van het landschap altijd al. Ik bracht de zomers door op Terschelling bij mijn opa en oma; het dwalen door de duinen voelde als thuiskomen.” Ze komt er nog steeds veel, werkt er ook en maakte verschillende keren beelden voor Oerol – de tweede keer een uit de kluiten gewassen paard van wilgentakken op het strand dat gedurende het festival langzaam maar zeker volstoof met zand en veranderde in een duin. “Eerst maakte ik vooral werk op locatie. Grote installaties die soms wel een jaar aan voorbereiding en organisatie kostte.” Maar ondertussen ging het denken verder. “Er was meer en ik wilde sneller kunnen werken om mijn verhaal te kunnen vertellen.”
Toen Bolhuis in 2003 door het Amsterdams Grafisch Atelier werd gevraagd werk te maken om een nieuwe computergestuurde printer uit te proberen viel het kwartje. “Ik maakte een collage van beelden in een landschap. Toen realiseerde ik me dat ik, door zo te werken, overal mijn eigen landschap kon uitzoeken. Vanaf dat moment werd de wereld mijn atelier.” Sindsdien drijft haar werk Bolhuis steeds verder van huis: ze reist naar Japan, Iran, Egypte, IJsland en Jordanië. Wat ze daar zoekt? “Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in de manier waarop wij als mensen omgaan met de natuur. Hoe je een balans vindt tussen leven en respect voor je omgeving.” Maar gaandeweg werden die vragen prangender. “We dumpen afval, buiten mensen uit….Waar ligt de oorsprong van een beschaving die dit soort zaken laat gebeuren? Hoe is ons denken hierover ontstaan? Ik kwam uit bij het ontstaan van de aarde en de manier waarop de mens zich daarop heeft gevestigd. Toen ik me realiseerde dat we met z’n allen op een heel dun schilletje wonen ben ik de breuklijnen van die schil gaan volgen.”
Op de muur prijkt een serie werken van een tocht door IJsland waar ze te paard dwars doorheen trok. Bolhuis heeft de immense vlaktes voorzien van aantrekkelijke maar ook vervaarlijk gloeiende uitstulpingen. Een bijna surrealistisch effect. “Op de breuklijnen bevinden zich ook de meeste vulkanen. Daar is de aardkorst letterlijk het dunst. Alsof je zomaar over de rand kan vallen, de onderwereld in. Die angst is vaak maatgevend voor hoe een mens zijn bestaan inricht. Het is er zoeken naar een evenwicht. De vulkaan geeft en neemt, net als de zee. De grond is er enorm vruchtbaar door, maar de vernietigende kracht is beangstigend. Maar met surrealisme ben ik niet bezig hoor”, lacht Bolhuis. Nee, het is eerder andersom.” Nadenkend: “Ik hoop dat mijn werk vragen oproept… Het gaat me eerder om het ontrafelen van de zo vreemde wereld. Het is ook geen romantisch verlangen naar de oerbron. Maar als je de geschiedenis induikt kom je heel veel dingen tegen die naar het nu verwijzen, dat helpt me de wereld te begrijpen.”
Het reizen zelf is daarbij voor Bolhuis wel essentieel. “Ik stuit op situaties en verhalen die ik vooraf niet zou kunnen bedenken. Zo was ik vorig jaar in de Sinaï, op de grens met de Golf van Akkaba, precies aan de rand van zo’n tektonische plaat. Tot mijn grote verassing zag ik daar midden in een heel onherbergzaam gebied staketsels staan, huizen in aanbouw, lantaarnpalen zelfs, maar nooit afgemaakt. De mens was hier geweest maar weer vertrokken. Ik was verbijsterd. Ik ben op zoek naar het ontstaan van de aarde en hoe we daar als mens structuur in aanbrengen en daar lag zomaar het antwoord. Een moderne archeologische site zou je kunnen zeggen, precies op zo’n breukvlak. Hier kwam alles perfect samen.”
Toch komen al die ideeën pas thuis, achter de computer volledig bij elkaar. “Zo’n reis kost veel energie, ik slorp alles op. Vaak herken ik in het beeld pas later de kennis die ik eerder had opgedaan. Kijk”, Bolhuis wijst naar een stervormige aardewerken bol bezet met figuren, die boven op een plank ligt. “Dat beeld heb ik jaren geleden gemaakt maar nu pas zag ik dat het klopte. Ik monteerde het in de Sinaïfoto’s. Het is als het pluisje van een paardenbloem, maar dan van klei, de aarde waar we ook uit voortkomen. We waaien er gewoon in. Dan gaan we aan de slag. Zaaien, oogsten en oorlog voeren.”
Bolhuis’ oeuvre bestaat grotendeels uit foto’s die ze zelf ‘voorstellen voor installaties’ noemt, maar het uitvoeren van die installaties is daarbij niet meer nodig. Het denkproces in gang zetten, daar gaat het haar om. Wel belangrijk is het formaat. “Ik wil dat je als toeschouwer het gevoel krijgt dat je er ‘in’ kan; dat je de ruimte kunt ervaren. Dat maakt bijvoorbeeld de beelden van Richard Serra ook zo overweldigend.”
De ruimtelijke werken die ze zelf maakt, dienen vaak als props in haar foto’s en komen vaak in verschillende hoedanigheden weer terug. Maar soms worden het ook zelfstandige werken zoals haar dreigende en tegelijk verleidelijke glazen vulkanen. “Als lava snel afkoelt kan er vulkanisch glas ontstaan. Het is voor mijn vanzelfsprekend om mijn foto’s te combineren met objecten van materiaal dat in de aarde voorkomt.”
Een van haar recente werken is I don’t like mondays, een serie van vijftien digitale prints naar de wereldhit van The Boomtown Rats uit 1979 over een meisje van 16 dat opeens, zonder reden, vanuit haar huis op een schoolplein mensen doodschiet. Bolhuis bewerkte 15 verschillende vulkanische landschappen en verwerkte er de songtekst in. “Het is de wereld op zijn kop. De impact die dit meisje veroorzaakte was groter dan welke vulkaanuitbarsting ooit. Vroeger voegden we ons naar het natuurgeweld, nu zijn dit soort nieuwe angsten maatgevend voor ons bestaan.”